Tegenwoordig kennen we Xinjiang echter niet meer als een boeddhistische regio, maar juist als het gebied waar de Oeigoeren wonen, Turkstalige Islamitische nomaden van oorsprong. Deze bevolkingsgroep staat net als de Tibettanen onder grote druk in het China van nu. Net als Tibet valt het Oeigoerse gebied ten prooi aan een bewuste politiek van Hanificatie, waarbij Han-Chinezen worden gestimuleerd om naar deze regio te verhuizen. De gevolgen zie je het meest duidelijk in de huidige hoofdstad Ürümqi, maar ook in de oude hoofdstad Kashgar. Ook de kleinere steden kunnen zich hieraan niet onttrekken, maar zij handhaven iets meer van hun traditionele karakter.
Tegenwoordig is het reizen er niet meer zo bar als in de hoogtijdagen van de zijderoute, maar we hebben wel een bijzondere route uitgezet. Na een bezoek aan klassieke zijderoutesteden als Kashgar, Yarkand en Khotan (zondagmarkt) begin je aan een 9-daagse woestijnexpeditie per jeep, die je van Khotan dwars door de Taklamakan Woestijn met een royale zwaai naar Turpan voert. Daarbij gaan we een aantal desolate, zelden bezochte plaatsen als Loulan in de Lop Nur (zoutwoestijn) niet uit de weg. De landschappen zijn hier zeer bijzonder. Gedurende deze expeditie slaap je de helft van de tijd in hotels, maar vier nachten wordt er ook gekampeerd, met name in Mazartagh en in de Lop Nur.
Vanuit het groene Turpan reis je nog door naar Dunhuang, een van de belangrijkste vindplaatsen van boeddhistische archeologische schatten, waar we eerder over spraken. En zie je het meest westelijke stuk van de Chinese Muur, al is die hier nauwelijks meer dan een rimpel in het landschap.
Al met al is dit een monumentale reis, echt avontuur, en voor de echte liefhebbers!